Redactiesommen: waarom het niet om het woord gaat, maar om de situatie

Gepubliceerd op 30 november 2025 om 16:33

“Iemand heeft ze ooit geleerd dat bij het woord totaal altijd een plussom hoort en bij minder een minsom. Nu doen ze dat klakkeloos… krijg dat er maar weer uit.”

Dat verzuchtte een leerkracht van groep 7 laatst tegen mij tijdens een gesprek over redactiesommen.
En in die ene zin zit precies het probleem waar zóveel kinderen (en leerkrachten) dagelijks tegenaan lopen.

We hebben kinderen ooit geleerd om te letten op losse woorden als:
meer, minder, totaal, verschil, delen.
Handig, leek het. Maar inmiddels zien we het effect:
kinderen gaan gokken op basis van één woord, in plaats van begrijpen wat er in de som gebeurt.

 

De valkuil van de trefwoordstrategie bij redactiesommen

Veel leerlingen hanteren onbewust deze “regels”:

  • staat er totaal → optellen

  • staat er minder → aftrekken

  • staat er verdeeld → delen

Maar in de praktijk klopt dat lang niet altijd. Hetzelfde woord kan in verschillende situaties tot een andere bewerking leiden.

Neem het woord verschil:

  • soms trek je af,

  • soms vergelijk je,

  • soms moet je eerst iets uitrekenen en dán pas het verschil bepalen.

Het probleem is dus niet het woord. Het probleem is dat kinderen niet leren kijken naar de situatie achter de som.

Redactiesommen draaien om begrijpen, niet om trucjes

Bij goed rekenonderwijs stel je bij een redactiesom eerst andere vragen:

  • Wat gebeurt hier precies?

  • Wie of wat komt erin voor?

  • Wat verandert er?

  • Wat moet ik aan het einde weten?

Pas dán kies je de juiste bewerking of combinatie van bewerkingen.

Een redactiesom is dus geen kale rekensom met een verhaaltje ervoor. Het is een situatie waarin rekenen een hulpmiddel wordt. En dat vraagt een andere manier van leren en van uitleggen.

Wat er verandert als kinderen leren werken met situaties

Wanneer kinderen niet meer blind varen op trefwoorden, maar leren kijken naar de situatie, zie je dit gebeuren:

  • Ze maken minder fouten.

  • Ze blijven langer bij de opgave en nemen meer denktijd.

  • Ze herkennen dat een situatie soms uit meerdere stappen bestaat.

  • Ze krijgen meer vertrouwen in hun eigen denkproces.

De vraag verandert van: “Is dit plus of min?” naar: “Wat gebeurt hier eigenlijk?”

En dát is de kern van begrijpend rekenen.

Waarom woordposters soms juist verwarring vergroten

Op veel scholen hangen posters met woorden als totaal, verschil, meer, minder.
Die zijn goed bedoeld. Maar zodra zo’n poster suggereert dat bij elk woord één vaste bewerking hoort, leren we kinderen onbewust precies het verkeerde aan.

We leren ze dan:

  • kijken naar één woord,

  • in plaats van naar de hele situatie.

Juist daarom ben ik anders naar deze woorden gaan kijken, en heb ik ze gekoppeld aan situaties en betekenis. De spiekkaart die ik maakte, helpt leerlingen om rekentaal niet los te zien, maar altijd in samenhang met wat er in het verhaaltje gebeurt.

 

Het Situatiekompas

Vanuit mijn RT-praktijk en al die gesprekken over redactiesommen ben ik de sommen steeds meer gaan terugbrengen tot hun basis:
wat voor soort situatie is dit eigenlijk?

Daaruit is het Situatiekompas ontstaan: een denkkader met 11 fundamentele rekensituaties die ten grondslag liggen aan álle redactiesommen.

Het Situatiekompas helpt leerlingen (en leerkrachten) om:

  • eerst de situatie te herkennen,

  • dan te bepalen wat er verandert,

  • en pas daarna een bewuste keuze te maken voor één of meer bewerkingen.

Rekenen verschuift daarmee van:

  • woord → trucje
    naar

  • situatie → betekenis → bewerking.

Het Situatiekompas vormt de basis onder verschillende materialen van En Route, waaronder:

  • de spiekkaart, waarin rekentaal gekoppeld wordt aan betekenis en situatie;

  • de situatiedomino, waarin leerlingen situaties aan elkaar koppelen en met elkaar in gesprek gaan over wat er gebeurt en welke som daarbij past.

Dit is pas het begin. De komende tijd verschijnt er meer materiaal rondom het Situatiekompas, steeds vanuit dezelfde kerngedachte:
eerst begrijpen, dan rekenen.

Rekenen op 1F- en 1S-niveau: weten wat je aan het doen bent

In het onderwijs werken we al jarenlang met de referentieniveaus 1F en 1S voor rekenen.

  • 1F is het fundamentele basisniveau.

  • 1S is het streefniveau: het niveau waarop leerlingen niet alleen sommen kunnen uitrekenen, maar ook begrijpen wat ze doen, een passende strategie kiezen en hun aanpak kunnen verwoorden.

Op 1S-niveau wordt van leerlingen onder andere verwacht dat zij:

  • flexibel kunnen schakelen tussen verschillende bewerkingen;

  • meerstapssituaties kunnen overzien;

  • niet werken vanuit trucjes, maar vanuit inzicht;

  • hun redenering kunnen uitleggen.

Dat sluit naadloos aan bij het werken met situaties bij redactiesommen.
Wie eerst de situatie begrijpt, kan daarna:

  • een passende strategie kiezen;

  • meerdere mogelijke bewerkingen overwegen;

  • en beter controleren of een antwoord logisch is.

Scholen gebruiken 1F en 1S al jaren als referentiekader voor hun rekenopbrengsten.
Maar los van die verantwoording is het vooral in het belang van het kind zelf: rekenen wordt zo betekenisvol, zelfstandig en stevig verankerd.

Het Situatiekompas en de bijbehorende materialen zijn precies vanuit die gedachte ontwikkeld:
kinderen ondersteunen om niet alleen 1F te halen, maar ook écht te groeien richting 1S-niveau – rekenen met begrip.

Materialen die hierbij helpen

Op dit moment zijn er al een paar materialen die je als leerkracht of RT’er kunt inzetten als je zo wilt werken:

  • de spiekkaart, waarmee leerlingen rekentaal kunnen koppelen aan betekenis en situatie,

  • de situatiedomino, waarin de 11 situaties concreet terugkomen in spelvorm: praten, leggen, vergelijken, redeneren.

Vanuit het Situatiekompas volgt de komende tijd meer:

  • materialen waarin situaties, rekentaal en denkstappen centraal staan,

  • steeds met als doel: minder trucjes, meer begrip, meer rekenrust en zelfvertrouwen.

Tot slot

Redactiesommen gaan niet over woorden.
Ze gaan over begrijpen wat er gebeurt.

Als we kinderen dat in één keer goed aanleren, besparen we ze:

  • veel verwarring,

  • veel onnodige fouten,

  • en vaak ook een hoop onzekerheid.

En misschien wel het belangrijkste:
dan leren ze rekenen met hun hoofd, in plaats van met een lijstje trucjes.

 

Verder kijken met het Situatiekompas
In het Situatiekompas zijn deze ideeën uitgewerkt tot 11 vaste situatie-zinnen, met materialen en trainingen voor de praktijk.

👉 Naar situatiekompas.nl

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.